Gewezen vicepresident Ashwin Adhin moest donderdag in de beklaagdenbank zitten omtrent een situatie rondom de vernieling van media-apparatuur van het Kabinet van de Vicepresident bij de machtsoverdracht. Adhin zei vandaag in gesprek met journalisten, dat dit alles hem leert hoe het systeem verloederd is. Dit vindt hij jammer.
ADVERTENTIE |
“Als een camera beschadigd is en het functioneert nog steeds op het Kabinet van de President is de vraag waarom we nog praten over een beschadigde camera”, zei Adhin aan journalisten. Hij gaf aan dat er waarschijnlijk iets is gebeurd op het kabinet en men vindt dat men de hoogste leiding moet roepen om te vragen waarom het beschadigd is.
Adhin zei dat er geen rechtszekerheid is. “Als de burgers praten dan hoor je het, maar als je het zelf meemaakt, dan vind ik dit alleen maar triester voor de mensen, die steeds slachtoffer worden van dit systeem”. Over de opmerking dat tijdens de wisseling van de regering heel wat gestolen is, vernield en meegenomen is zei Adhin, dat het niet waar is, maar dat het ook niets te maken heeft met de zaak waar hij voor terechtstaat.
Volgens Adhin leert het feit dat hij en verschillende leden van de NDP steeds voor de rechter moeten staan hem, dat de NDP in de afgelopen tien jaar niet genoeg heeft gedaan aan de politiek bestuurlijke orde en vernieuwing, die beloofd was.
“We hebben ook niet alles kunnen doen. We hebben ons veel gericht op ontwikkeling, het sociaal contract, maar we moesten toch wel meer orde creëren in het politiek bestuurlijke en heel veel in orde brengen voor de rechterlijke macht”, zei Adhin.
Volgens hem zijn er bij de rechterlijke macht te veel mazen. “Je hebt nog steeds het vertrouwen in de rechterlijke macht in de zin, dat de rechters hun werk zullen doen en dat het recht zal zegevieren. Maar van de vervolging is er echt geen goed woord voor”, aldus de ex-vicepresident.