Het bestuur van de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) heeft op 2 juni een bezoek gebracht aan NV Grassalco. De bedoeling van dit kennismakingsbezoek, georganiseerd door de afdeling Corporate Social Responsibility (CSR) van het bedrijf, was om een wederzijdse samenwerking tot stand te brengen.
Zowel het staatsmijnbouwbedrijf als de inheemse gemeenschappen in gebieden waar Grassalco actief is, moeten hiervan profiteren. Het initiatief van Grassalco om de vereniging uit te nodigen voor een kennismaking benadrukte met name het beleid van het staatsmijnbouwbedrijf en de rol van de regering als aandeelhouder.
President-directeur Wesley Rozenhout heeft tijdens de ontmoeting onderstreept dat Grassalco een staatsbedrijf is, waarvan iedere Surinamer aandeelhouder is. Tribale rechten worden meegenomen volgens het regeringsbeleid, waarbij ook het Free, Prior and Informed Consent (FPIC) wordt toegepast.
FPIC is een internationaal erkend recht dat voorschrijft dat lokale gemeenschappen nauw betrokken, geïnformeerd en geraadpleegd worden bij activiteiten die plaatsvinden in hun woon- en leefomgeving. “Deze regering heeft zich bij haar aantreden eraan gecommitteerd om het FPIC-protocol te respecteren. NV Grassalco is geboden om dit protocol toe te passen bij haar activiteiten. Bij het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen is er daarom ook een speciale FPIC-afdeling opgezet,” zegt Rozenhout.
Kamp 52
Inheemse gemeenschappen in de regio’s waar de staatsonderneming opereert, zijn onder andere Pikin Saron (goudoperatie Maripaston) en Powakka (steenslagoperatie Worsteling Jacobs). Beide operaties staan in Para. Aan de vereniging is duidelijk gemaakt dat er conform het FPIC-protocol met deze gemeenschappen wordt gewerkt.
In de plannen van het bedrijf voor het heropstarten van de steenslagactiviteiten te West-Suriname (rijweg naar Apoera) -bekend als ‘Kamp 52’- is er, via CSR, een nauwe samenwerking met dorpshoofden in dit gebied. Dit is volgens Rozenhout ook volgens de FPIC-benadering.
Zelf erkent hij het belang van de VIDS bij plannen die de onderneming heeft in inheemse gebieden, waar het bedrijf opereert. Rozenhout: “De VIDS kan een belangrijke rol spelen als adviseur van zowel Grassalco als de plaatselijke gemeenschap. Het is dus belangrijk om deze relatie tot stand te brengen.”
Hij merkt op dat de onderneming, in het streven om de gemeenschappen te betrekken bij haar activiteiten, zoveel mogelijk probeert om lokale bewoners in dienst te nemen. Waar nodig, worden zij middels trainingen bijgeschoold.
VIDS-voorzitter Muriël Fernandes erkent het belang van de kennismakingsmeeting. “Het behoort zo te zijn dat, wanneer een staatsbedrijf naar de dorpen wil om te praten over zaken die ze daar wenst te ondernemen, eerst de vereniging wordt geraadpleegd”, meent zij. Fernandes heeft samen met de overige bestuursleden deze en andere verwachtingen voorgelegd aan de president-directeur en overige directieleden die aanzaten.
Tijdens de ontmoeting werd er ook gesproken over conflicten binnen inheemse dorpen met betrekking tot wie namens de bewoners rechtmatig bevoegd is om met Grassalco te communiceren. De VIDS heeft haar standpunt hierover kenbaar gemaakt aan het bedrijf.
Rozenhout benadrukte echter dat Grassalco zich niet mengt in deze kwestie en zich alleen richt op de ontwikkeling van de dorpen. Tussen de directie en de VIDS zijn er werkafspraken gemaakt.