De verslechtering van de situatie in Suriname is mede te wijten aan de houding van de vakbeweging, die lange tijd in een winterslaap was. Nu men ziet dat de arbeidersklasse in beweging komt, wordt er geprobeerd om in te grijpen. Hierdoor kreeg de regering te veel ruimte om diverse maatregelen door te voeren zonder duidelijke afstemming. Voor velen is nu de maat vol en lijkt de regering ongevoelig voor kritiek. Dit zei BEP-fractieleider Ronny Asabina via TBN Prime Alert.
Volgens hem heeft niemand bezwaar tegen het feit dat de overheid middelen nodig heeft om het land draaiende te houden. Echter wordt de manier waarop ze deze middelen wil verwerven niet geaccepteerd, met name niet door het zwaar getroffen volk.
Asabina zegt niet te kunnen geloven, dat terwijl er heel wat te halen is (SRD 19 miljard op jaarbasis) uit de kleinschalige goudsector, er zogenaamd door miscommunicatie een foutje is gemaakt in het Staatsbesluit. Wie houdt wie voor de gek, vraagt hij zich af.
Volgens hem is er herhaaldelijk in het parlement aangegeven, dat de regering de overheidsbedrijven moet doorlichten omdat sommigen geen belasting afdragen. Zolang deze doorlichting niet heeft plaatsgevonden, blijft de burger betalen voor inefficiëntie bij deze bedrijven, stelt de volksvertegenwoordiger.
Suriname loopt maandelijks aanzienlijke inkomsten mis, terwijl de regering hier niets aan lijkt te doen. Asabina stelt dat de extra inkomsten continu bij de bevolking worden gezocht. “Wij zijn een land van gemiste kansen,” stelt de volksvertegenwoordiger. Voor de Belastingdienst is er heel veel werk aan de winkel om zodanig geld te innen dat de druk niet zwaar ligt op de al zwaar getroffen gemeenschap.