De vijftienjarige D.P. is voor zware mishandeling veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 6 maanden en 1 week voorwaardelijk met aftrek en een proeftijd van 2 jaar. Op 25 juni werd D.P. door de politie opgespoord en aangehouden, nadat de ouders van drie vrienden aangifte deden.
De avond ervoor liepen drie vrienden op de Toekomstweg, toen ze D.P. in hun richting zagen lopen. Toen D.P. ze voorbij was gelopen, keerde hij zich om en vroeg of ze gangsters waren. Gelijk daarna duwde hij een van de vrienden, die D.P. terug duwde.
De verdachte D.P. haalde een mes van onder zijn trui tevoorschijn en probeerde het slachtoffer daarmee te steken. Het slachtoffer wist het mes vast te pakken, waarna D.P. het uit zijn hand trok, waardoor het slachtoffer een snijwond opliep. Het slachtoffer moest met spoed naar de spoedeisende hulp worden gebracht, waar zijn handpalm werd gehecht.
D.P. verklaarde dat hij een jongen, die hij niet kende, had verwond met een mes dat hij bij zich had. Dat zou hij hebben gedaan, omdat die jongens naar hem keken. Hij vroeg daarover rekenschap, waarna hij werd geduwd en omsingeld door de andere jongens, waardoor hij het mes trok om zichzelf te verdedigen.
De verdachte beloofde dat hij in het vervolg zulk gedrag achterwege zou laten en vroeg om een kans. D.P. werd onmiddellijk in vrijheid gesteld.