De verdachte G.M. die eerder door de kantonrechter in vrijheid was gesteld, werd bedreigd door opnieuw gevangen genomen te worden.
G.M. werd op de zitting van 3 november 2023 door de rechter in vrijheid gesteld, nadat zijn advocaat daartoe het verzoek deed. De verdachte moest aan enkele voorwaarden voldoen waaronder elke zitting aanwezig te zijn en met kwitanties komen waaruit bleek dat hij zijn werkgever het weggenomen bedrag terugbetaalde.
Op de zitting bleek dat G.M. wel was verschenen, maar er was nog helemaal geen betaling gedaan. G.M. wist de rechter voor te houden dat de onderhandelingen via zijn advocaat gaan en dat hij niet weet waar de kwitanties zijn. Ook gaf hij aan dat hij slechts SRD 1000 per keer kon betalen.
De advocaat van de benadeelde van Shell Vredenburg heeft zich gevoegd in deze zaak. Zij gaf aan dat haar cliënt helemaal niet benaderd was en dat hij ook geen betalingsregeling wenste. Zij vroeg zich af hoe lang de verdachte zal doen om het geld terug te betalen.
Als zij nu hoort dat hij SRD 1000 per maand wil betalen terwijl hij SRD 415.000 heeft weggenomen, dan zal dat nog heel lang duren.
De officier van justitie merkte op dat de verdachte een van de belangrijkste voorwaarden heeft overtreden en zij eiste dat de rechter de verdachte weer aanhield.
De verdachte G.M. die hoorde dat bij het niet voldoen aan de voorwaarde hij weer gevangen genomen kan worden, smeekte de kantonrechter om een kans. Hij wenste in de gelegenheid gesteld te worden om tot eind januari tenminste de helft van het weggenomen geld terug te geven.
G.M. heeft tussen december 2022 en mei 2023 in totaal SRD 415.000 weggenomen van Shell Vredenburg waar hij als assistent supervisor werkzaam was. De benadeelde vertrouwde hem zo veel dat hij de enige persoon was aan wie het wachtwoord om in de software te gaan, was gegeven. Daarvan maakte G.M. misbruik en veranderde hij de bedragen van de totale dag verkopen. Hij voerde kleinere bedragen in dan wat er daadwerkelijk zou moeten zijn.
De zaak werd uitgesteld naar dit jaar voor het horen van de verdachte. In die tussentijd moet hij een deel van het bedrag hebben vergoed aan de eigenaar van het pompstation.