“Yu syie a nefi disi, yu wani sabi san mi go do nanga en te mi miti yu tapu strati?” Dit waren de bedreigende woorden die verdachte ‘Moenna’, gewapend met een kapmes en een mes, uitsprak tegen aangever K.R. Moenna is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden voor bedreiging en diefstal.
Aangever K.R. werd bedreigd door Moenna omdat hij Moenna enige tijd geleden had aangesproken op zijn aanwezigheid op het leegstaande perceel naast K.R.’s huis. Moenna en zijn broer staan bekend als dieven; ze hebben vaak groenten en kippen van buurtbewoners aan de Bhoendieweg gestolen. De buurtbewoners ondervinden veel overlast van deze stelende broers.
K.R. kwam Moenna na enige tijd tegen op een voetbalveld. Moenna bewapende zich daarop met een kapmes en een mes, liep op K.R. af en deed bedreigende uitspraken. Uit onderzoek is gebleken dat Moenna vaker buurtbewoners van de Ramphalstraat heeft bedreigd, maar uit angst werd er geen aangifte gedaan. Moenna wordt ook vervolgd voor het stelen van groenten ter waarde van SRD 500.
Op 9 november vorig jaar hoorde K.R. zijn vrouw ‘dief’ schreeuwen. Toen hij vanuit zijn landbouwgrond opkeek, zag hij Moenna wegrennen. Moenna werd opgespoord en op 18 november van het vorige jaar aangehouden door de politie.
Bij de politie bekende Moenna de diefstal van de groenten en de bedreiging van K.R., maar tijdens de zitting beweerde hij dat hij dronken was en zich niet kon herinneren of hij daadwerkelijk bedreigende uitlatingen had gedaan. Hij beweerde ook dat hij slechts een manja had gepakt, in tegenstelling tot wat het slachtoffer beweerde.
Op aanwijzing van Moenna werden het kapmes en het mes teruggevonden en in beslag genomen. Moenna verklaarde dat hij het kapmes en het mes gebruikte om gras te snijden voor anderen, waarvoor hij betaald werd. Hij gaf verder toe al lange tijd marihuana en cocaïne te gebruiken en slechts twee keer eerder te zijn aangehouden.
De rechter confronteerde hem met het feit dat uit het strafdossier bleek dat Moenna al negen keer eerder was veroordeeld, wat leidde tot een verontwaardigde reactie van Moenna, die beweerde zich dat niet te kunnen herinneren.
De officier van justitie eiste een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden met aftrek, begeleiding door de Forensisch Maatschappelijke Zorg (FMZ) en het Bureau Alcohol en Drugs (BAD), en gevangenhouding. In zijn laatste woord vroeg Moenna de rechter hem naar huis te sturen omdat hij een zieke moeder heeft en er niemand is om wegwerpluiers voor haar te kopen.
De rechter zag geen reden om van het strafvoorstel af te wijken en veroordeelde Moenna conform de eis. Met deze uitspraak blijft Moenna tot november 2024 in hechtenis.