De verdachte D.K. is door de kantonrechter veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met aftrek, een proeftijd van 2 jaar en gevangenhouding. Hij heeft in de woning van zijn zus ingebroken en daarbij is hij met bestek en een televisie met remote control ervandoor gegaan.
Uit het politieonderzoek is in deze zaak gebleken dat D.K. op een dag in september van het vorig jaar door de buurvrouw een paar keer in de inrit en op het terrein van de benadeelde was gezien. Na ongeveer een week reed de verdachte een taxirit voor haar, waarbij zij de opmerking maakte dat ze hem eerder op het adres van haar buurvrouw had gezien.
D.K. bedacht toen een list en deed een valse aangifte bij de politie. Hij gaf aan dat mannen hem van zijn voertuig hadden beroofd en gekneveld hadden achtergelaten. Eerst vroeg hij aan een vriend om bij de politie te verklaren dat hij beroofd was van zijn voertuig, maar die weigerde.
Ook de zoon van D.K. gaf de politie door dat hij twijfelde aan de verklaring van zijn vader. Hij had namelijk zijn vader naar de huisarts gebracht, maar die gaf aan geen striemen aan het lichaam van D.K. te hebben geconstateerd. Hij had sterk het vermoeden dat zijn vader in de woning van zijn zus had ingebroken, daar zijn vader vaker met de politie in aanraking is gekomen en bovendien een drugsgebruiker is.
Alhoewel de verdachte D.K. de inbraak ontkende, kwam de officier van justitie tot het bewijs en eiste een gevangenisstraf van 24 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met aftrek, een proeftijd van 2 jaar en zijn gevangenhouding. De officier van justitie eiste ook teruggave van het voertuig aan de verdachte.
De magistraat week af van het strafvoorstel en legde D.K. een gevangenisstraf op van 24 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk. Met deze uitspraak zal de verdachte pas in januari 2025 weer in vrijheid worden gesteld.