De afgelopen week zijn er gesprekken geweest tussen de directie van Energiebedrijven Suriname (EBS) en de vakbeweging over de verschillende actuele vraagstukken rond het staatsbedrijf. De leden van de bond Ogane Werknemersorganisatie Suriname (OWOS) hadden het vertrouwen in het directieteam opgezegd. Ook de vele stroomonderbrekingen, die de gemeenschap treffen, kwamen ter sprake. Er bestaat nog steeds veel onduidelijkheid over de verhoogde energietarieven. Door de verhoging waren verschillende bonden in actie vanwege de aanpassingen.
Volgens minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen (NH) is er wel een consensus bereikt over hoe het model van tariefaanpassing eruit zou moeten zien. Het is ook belangrijk te weten welke koers gehanteerd zou moeten worden bij het berekenen van de nieuwe tarieven. De regering gaat uit van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) koers. “Er moet nog over veel meer gesproken worden,” benadrukte de bewindsman voor aanvang van de wekelijkse vergadering van de Raad van Ministers (RvM).
Volgens de NH-minister heeft de vakbeweging een koers van SRD 31 gehanteerd voor het berekenen van de tarieven. De NH-topman stelt dat dit helemaal niet werkbaar is voor de energiesector. Er moeten weer gesprekken gevoerd worden. De minister hoopt deze week weer gesprekken te voeren met de vakbeweging.
Het heeft aan verschillende factoren gelegen om de energietarieven te verhogen, ook als er gekeken wordt naar de ontwikkelingen in de wereld. De brandstoftarieven zijn niet bepaald goedkoop. Ook de eis van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) was om de subsidie op elektriciteit volledig af te bouwen. De regering betaalt maandelijks ruim SRD 440 miljoen aan subsidie. Deze subsidie drukt op de uitgaven van de overheid.
Volgens de vakbonden kunnen de tarieven die in kaart worden gebracht verder verlaagd worden. Dit is volgens de minister niet mogelijk als er naar de verschillende omstandigheden gekeken wordt die van invloed zijn op de kostprijs.
