In zijn eerste reactie na de goedkeuring van de zesde review van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) zegt president Chan Santokhi dat hij de koopkracht van het volk verder wil verbeteren. De samenleving heeft zware offers gebracht, maar met de komende storting van ongeveer US$ 63 miljoen als betalingsbalanssteun ontstaat er ruimte om nog meer terug te geven, zegt Santokhi.
De koopkrachtversterking voor landsdienaren wordt met nog eens zes maanden verlengd en met de vakbonden wordt gekeken op welke manier de financiële positie van de werkers verder verbeterd kan worden. In het programma Magazine 4 van ABC TV is het staatshoofd zichtbaar blij met de ontwikkeling en het feit dat het IMF heeft ingestemd dat Suriname het financieel beter doet. De tijd van het brengen van zware offers is voorbij, verzekert Santokhi.
Over twee tot drie jaar zullen de inkomsten uit olie binnenkomen, waardoor het land nog meer financiële ademruimte zal hebben. De president zegt begrip te hebben voor de boosheid van het volk jegens de regering. De regering had geen andere keus dan de economie te herstellen met pijnlijke maatregelen. Daartegenover is de samenleving tegemoetgekomen met koopkrachtversterking en het verschuiven van de belastingschijven.
Volgens Santokhi heeft deze regering getoond alle problemen te kunnen oplossen en niet weg te rennen wanneer de grond onder de voeten te heet wordt. Hij riep de samenleving op ervoor te waken dat met de extra inkomsten straks uit de olie-industrie er geen regering komt die wanbeleid zal voeren. Waarvoor zijn die zware offers gebracht, vraagt hij zich retorisch af. Dat het goed gaat met het IMF-programma zal volgens de president ook effect hebben op de samenwerking met de Inter-Amerikaanse ontwikkelingsbank (IDB). Nog voor het eind van het jaar verwacht de regering nog een lening van US$ 150 miljoen waarmee projecten kunnen worden uitgevoerd.