De vierde conferentie van Small Island Developing States (SIDS) werd eind mei afgesloten in Antigua en Barbuda met de goedkeuring van een nieuw tienjaren actieplan, de Antigua en Barbuda Agenda (ABAS) voor SIDS. Hoewel deze mijlpaal door velen als een overwinning wordt beschouwd, voeren SIDS een stille strijd om hun status als ‘speciaal geval’ voor duurzame ontwikkeling te beschermen.
Herald sprak op locatie met verschillende bronnen, die aangegeven dat SIDS-landen toenemende weerstand ondervinden van het Globale Noorden met betrekking tot deze status.

In 1992 werden SIDS tijdens de VN-conferentie over Milieu en Ontwikkeling in Rio, Brazilië, aangewezen als een ‘speciaal geval’ voor duurzame ontwikkeling. Dit werd herbevestigd in Barbados in 1994 tijdens de eerste VN-wereldconferentie over SIDS en in Mauritius in 2005 tijdens de tweede SIDS-conferentie.
Deze aanduiding erkende dat – hoewel veel opkomende milieubedreigingen zoals klimaatverandering – de SIDS kunnen beïnvloeden, de landen zelf niet de drijvende krachten achter deze bedreigingen zijn.
Als zodanig baande de aanduiding ook een weg voor landen in het Globale Noorden om verantwoordelijk te worden gehouden voor de rol die zij spelen in deze milieubedreigingen en om bij te dragen aan acties om de kwetsbaarheden te verminderen en de veerkracht van SIDS te verbeteren.
Maar sinds de aanduiding hebben sommige landen in het Globale Noorden weerstand geboden, en SIDS voeren nu een “stille strijd” om hun aanduiding te beschermen.

Een waardevolle partner voor SIDS-regeringen, hoewel niet altijd voldoende erkend, is het maatschappelijk middenveld. Een dergelijke organisatie, het Caribbean Natural Resources Institute (CANARI), hield een pre-summit voorafgaand aan de conferentie getiteld: “Transformative Pathways to Caribbean Civil Society”. Het doel was om effectieve betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld te mobiliseren en te ondersteunen, zodat dit kon bijdragen aan de ontwikkeling van het ABAS-document.
CANARI ontwikkelde ook een actieplan en routekaart (2024-2034) en een eigen standpunt over de toekomstige ontwikkeling van SIDS. CANARI-directeur Nicole Leotaud zegt dat het idee dat SIDS geen speciale hulp nodig hebben voor hun duurzame ontwikkeling, zeer teleurstellend is. Vooral gezien het feit dat deze landen klein en kwetsbaar zijn en daarnaast veel uitdagingen ondervinden die zich buiten hun grenzen voordoen.
“We creëren deze problemen niet, maar ze zijn enorm verstorend voor onze ontwikkeling. Het meest voor de hand liggende is klimaatverandering, waarbij SIDS niet de grootste bijdragers zijn aan broeikasgassen. Toch staan we in de frontlinie, we behoren tot de meest kwetsbare groepen voor klimaatverandering.”
Door de gedachtegang dat SIDS geen ‘speciaal geval’ voor duurzame ontwikkeling zijn, ontloopt het Noorden volgens Leotaud hun verantwoordelijkheid. Daarom moeten de SIDS steun krijgen, ondanks ze al hun eigen ontwikkeling leiden en hun eigen problemen oplossen, concludeert ze.

Marciano Dasai, minister van Ruimtelijke Ordening en Milieu in Suriname, reageert verontwaardigd over de weerstand waarmee SIDS worden geconfronteerd. Hij zegt dat er voldoende bewijs is om de kwetsbare positie van Suriname en andere SIDS-naties te staven. Ook somt hij enkele prominente problemen op waarmee Suriname de afgelopen maanden als gevolg van klimaatverandering te maken heeft gehad. Zo noemt hij de stijging van de zeespiegel, en extreme droogte en regenval, die allemaal een domino-effect hebben op de lokale gemeenschappen.
Bovendien wijst de minister op het feit dat Suriname tot nu toe zijn bos intact heeft kunnen houden, wat aanzienlijk bijdraagt aan de absorptie van broeikasgassen die al eeuwenlang door ontwikkelde landen worden uitgestoten.
De misvatting over het BBP
James Ellsmoor, oprichter en directeur van Island Innovation, benadrukt ook het belang van erkenning van de speciale status van SIDS. Island Innovation functioneert als een netwerk van eilandgemeenschappen over de hele wereld. Tijdens de SIDS4-conferentie had Island Innovation een prominente aanwezigheid en organiseerde een groot aantal evenementen, waarbij niet-gouvernementele organisaties, de private sector en de academische wereld bijeenkwamen om informatie te delen en betrokkenheid te bevorderen.

Ellsmoor legt uit dat – hoewel sommige SIDS als hoger middeninkomen kunnen worden beschouwd- er een uitdaging is vanwege de kleine omvang. Dit creëert een zeer speciale situatie waarbij het gehele bruto binnenlands product (bbp) van een land kan worden weggevaagd door slechts één klimaatramp.
“Deze kwetsbaarheid maakt dat de gevolgen van klimaatverandering voor SIDS zeer divers en uniek zijn.” Hij beschrijft verder een van de grote uitdagingen wanneer het bbp per hoofd van de bevolking gebruikt wordt als een maatstaf voor ontwikkeling en toegankelijkheid.
Ellsmoor zegt dat het bbp geen accurate weerspiegeling is van de realiteit in SIDS landen. Hij licht dit toe middels het volgend voorbeeld: de bouw van een groot hotel kan een opgeblazen bbp weergeven en hierdoor een vertekend beeld geven van de werkelijke cijfers. Want in dit geval plukt niet de totale lokale bevolking de vruchten van het ontwikkelingsproject. De manier waarop het geld wordt verdeeld speelt ook een belangrijke rol, evenals het risico dat verbonden is wanneer het gaat om een kleine economie.
De CEO van Island Innovation concludeert door te stellen dat tegenwerking van het globale Noorden een terugkerend fenomeen is, niet alleen bij SIDS maar ook bij de opeenvolgende Conference of the Parties (COP).
“Het probleem is dat er niet genoeg geld is voor ontwikkelingsfinanciering en klimaatadaptatie. Er worden verschillende argumenten en standpunten ingenomen door verschillende landen. Gelukkig heeft SIDS4 een sterke stem wanneer het aankomt op pleiten voor de speciale behoeften van SIDS.”