Assembleeleden zijn van mening dat het tijd wordt dat de discussie wordt gevoerd over het aantal vrije dagen in Suriname. Dit vraagstuk kwam afgelopen donderdag aan de orde tijdens de behandeling van de Algemene termijnenwet die onderdeel is van de behandeling van het nieuw Burgerlijk Wetboek.
Mohammad Mohab-Ali (VHP) merkte op dat er veertien vrije dagen zijn in Suriname. Verder zei hij dat een paar dagen die elk jaar gelijkgesteld worden aan de zondag officieel nog niet opgenomen zijn in de wet. Mohab-Ali vroeg zich af of het aantal vrije dagen niet te veel is of juist weinig. Hij wees erop dat sommige landen 10 hebben en anderen 28.
Het DNA-lid zei dat het aantal vrije dagen niet goed is voor de gezondheidssector en dat de samenleving er last van ondervindt bij het vinden van artsen bij spoedgevallen. Ebu Jones (NDP) merkte op dat het een van de gevoelige zaken is die speelt in de samenleving.
“Het staat op gespannen voet met de ontwikkeling die we willen waarbij we zeggen dat productiviteit van belang is, maar waarbij vrije dagen de mensen met een onderneming in de kosten jaagt.” Jones zei dat aan de andere kant er ook begrip is dat er erkenning moet zijn voor bepaalde feestdagen.
Hij zei dat Nederland op dit gebied een heel goede aanpak heeft, waarbij er een beperkt aantal nationale feestdagen is. Tegelijkertijd wordt op de feestdagen die erkenning geven aan bepaalde groepen bepaald dat de ambtenaren op die dag vrij zijn. “Maar alle andere zaken blijven open en je hoeft niet twee- of driemaal meer te betalen aan lonen,” sprak Jones.
Asis Gajadien, fractieleider van de VHP, zei dat hij aan de wieg heeft gestaan van en voorstander is geweest van vrije dagen, maar dat het tijd wordt dat de discussie gevoerd wordt. “We moeten leren van wat er in de internationale gemeenschap gebeurt. Voor sommige vrije dagen kunnen we zeggen dat de staat ze verleent, maar de economische ontwikkeling stremmen is ongekend. We moeten juist als concurrerend land ervoor zorgen dat we de arbeids- en productiekosten niet onnodig verhogen.”
Mohab-Ali zei dat sommige vrije dagen geen bijzonder karakter hebben. In dat geval zou verlof voor een bepaalde groep ook kunnen voldoen.