De strafzaak tegen C.L., voormalig geestelijk leider, heeft de afgelopen maanden voor beroering gezorgd binnen de geloofsgemeenschap en daarbuiten. Landveld wordt ervan verdacht een vrouwelijke gelovige onder het mom van geestelijke bevrijding seksueel te hebben misbruikt. Het Openbaar Ministerie acht verkrachting bewezen en eist een gevangenisstraf van vier jaar onvoorwaardelijk. Op 11 juni krijgt de verdediging het woord.
De zaak kwam aan het rollen nadat het slachtoffer op 10 juni 2024 aangifte deed van verkrachting. Zij had C.L. via Zoom leren kennen, waar hij gebedssessies leidde. Ze verkeerde in een kwetsbare situatie door financiële zorgen en zocht geestelijke steun. Na online contact stelde C.L. voor om bij haar thuis langs te komen om persoonlijk met haar te bidden.
Gebed liep uit op misbruik
Volgens het slachtoffer bracht C.L. op 5 juni 2024 een bezoek aan haar woning, waar zij op dat moment alleen was. Tijdens het gebed vroeg hij haar op bed te gaan liggen. Hij wreef olie op haar buik, wat krampen veroorzaakte, en begon haar vervolgens seksueel te betasten. Ze verklaarde dat hij haar meerdere malen penetreerde terwijl zij geen verweer kon bieden. C.L. zou daarbij verwezen hebben naar “geestelijke bevrijding”.
Na afloop kreeg ze een morning-afterpil toegediend. Ze verklaarde zich te schamen, bang te zijn dat niemand haar zou geloven, en benadrukte dat ze nooit seksuele bedoelingen had gehad. “Ik wilde alleen gebed en hulp,” zei zij tijdens de terechtzitting.
Getuigen bevestigen kwetsbaarheid slachtoffer
Een tante van het slachtoffer getuigde dat het slachtoffer na het incident volledig overstuur was en haar vertelde wat er was gebeurd. Apostel E., leider van de gebedsgemeente waar het slachtoffer lid van was, verklaarde dat zij geestelijk gebroken was sinds haar vorige relatie en actief steun zocht via online gebed. Beide getuigen onderschreven dat het slachtoffer nooit op seksuele toenadering uit was en dat zij ernstig beïnvloedbaar was door C.L.’s autoriteit als geestelijk leider.
Verklaring C.L.: “Ik bad voor haar buik”
C.L. erkende seks te hebben gehad met het slachtoffer, maar sprak van wederzijdse instemming. Hij beweerde dat het slachtoffer hem had gevraagd olie op haar buik te smeren en voor haar baarmoeder te bidden.
Volgens hem trok zij haar blouse vrijwillig omhoog. In een latere verklaring stelde hij dat er sprake was van “emotionele verwarring” bij beiden en dat zij met elkaar begonnen te flirten. Hij ontkende echter stellig dat hij haar tot seks zou hebben gedwongen. De combinatie van wisselende verklaringen en de gevoeligheid van de religieuze context leidde tot stevige kritiek op zijn optreden als geestelijk leider.
Religieuze regels geschonden
Volgens meerdere getuigen, waaronder toezichthoudend profeet P., heeft C.L. kerkelijke gedragsregels ernstig geschonden. Het is ten strengste verboden dat een mannelijke voorganger alleen met een vrouw bidt, laat staan lichamelijk contact maakt. Gebed met lichamelijke aanraking moet altijd in het bijzijn van een ander gemeentelid plaatsvinden. Seksueel contact is binnen de gebedspraktijk volledig uitgesloten.
Confrontatieverhoor: “Misbruik van vertrouwen”
Tijdens een confrontatieverhoor verklaarde het slachtoffer opnieuw dat zij zich geestelijk en lichamelijk verlamd voelde door de combinatie van aanrakingen en Bijbelcitaten. Ze stelde dat C.L. misbruik maakte van zijn positie als geestelijk leider. WhatsApp-berichten, veiliggesteld tijdens het onderzoek, bevestigen dat zij louter om gebed vroeg en niets anders.
Het OM benadrukte dat C.L. bewust gebruikmaakte van zijn positie en haar kwetsbare toestand. Hij zou haar onder druk hebben gezet met religieuze argumenten, zoals het idee dat haar ‘bevrijding’ afhankelijk was van seksuele handelingen.
Strafeis en afronding
De officier van justitie stelt dat er voldoende wettig en overtuigend bewijs is voor verkrachting. “Hij wist donders goed welke invloed hij uitoefende op een jonge vrouw die hulp zocht,” aldus de aanklager. Het OM spreekt van doelbewuste manipulatie onder het mom van geloof en noemt het handelen van C.L. “misleidend en grensoverschrijdend”.
Gelet op de ernst van de feiten, de misbruikte machtsverhouding en de impact op het slachtoffer eist het OM een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaar.
Op 11 juni 2025 wordt de verdediging gehoord. De uitspraak volgt kort daarna.