Suriname presenteerde voor het eerst een volledig nationaal beoordelingsrapport over alle zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) tijdens het High‑Level Political Forum on Sustainable Development van de Verenigde Naties.
Op dinsdag 22 juli 2025 gaf Elizabeth Bradley, directeur Internationale Samenwerking van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Internationale Handel en Samenwerking (BIS), namens de Surinaamse delegatie in New York een gedetailleerde toelichting op de geboekte voortgang, de uitdagingen en de prioriteiten richting 2030. De delegatie, aangevoerd door ambassadeur Sunil Sitaldin, bestond verder uit vertegenwoordigers van het directoraat Internationale Samenwerking en de afdeling Internationale Betrekkingen van het voormalig Kabinet van de President.
Tijdens de sessie werd de Groene Ontwikkelingsstrategie 2025–2050 in beeld gebracht: Suriname wil economische groei, natuurbehoud en sociale gelijkheid in balans houden. Met ruim 93 procent bosbedekking behoort het land tot de weinige CO₂‑negatieve landen, een status die wordt gewaarborgd door strikte milieunormen, toezicht van de Nationale Milieuautoriteit en duidelijke regelgeving, waaronder lozinglimieten bij offshore olieactiviteiten.
Het rapport belicht thema’s als economische diversificatie, vergroening van werkgelegenheid, versterking van het sociaal vangnet, onderwijs‑ en bestuurshervormingen, klimaatslimme landbouw en onafhankelijk milieutoezicht. In de interactieve dialoog ging de delegatie in op vragen over duurzame economische groei, sociale inclusie en milieubescherming en onderstreepte ze de noodzaak om de afhankelijkheid van mijnbouw en olie- en gasontwikkeling te verminderen. Investeringen in hernieuwbare energie, duurzame landbouw, ecotoerisme en innovatie, met extra aandacht voor Inheemse grondenrechten, groene banen in het binnenland en sociale bescherming, staan hoog op de agenda.
Er werd ook erkend dat gelijke behandeling van LGBTI‑personen in de praktijk nog tekortschiet. Verbeterde handhaving, training voor professionals, inclusieve gezondheidszorg, betere dataverzameling en versterking van het nationaal SDG‑platform moeten hier verbetering in brengen. Op vragen over de balans tussen natuurbehoud en olieontwikkeling benadrukte Suriname dat groei hand in hand gaat met milieugaranties, inclusief internationaal toezicht en een maximum van 10 ppm olie‑in‑water bij offshore activiteiten.
Hoewel de vooruitgang zichtbaar is, erkent Suriname aanzienlijke uitdagingen rond sociale bescherming, gendergerelateerd geweld, informele werkgelegenheid en klimaatverandering. De delegatie riep de internationale gemeenschap op bij te dragen aan het versterken van instituten, betrouwbare data, inclusieve mensenrechten, duurzame energieoplossingen en een actieve rol voor het maatschappelijk middenveld en de private sector.
“Met dit volledige beoordelingsrapport zetten we een nieuwe stap en laten we zien waar we staan,” aldus Bradley. “Maar om onze doelen te halen, hebben we partners nodig. Samenwerking, gedeelde verantwoordelijkheid en echte participatie vormen de sleutel tot een duurzame toekomst waarin niemand achterblijft.”
De delegatie bedankte ECLAC voor de financiële ondersteuning; de nationale consultants onder leiding van Rosita Sobhie voor technische begeleiding; het directoraat Internationale Samenwerking voor de coördinatie; én de SDG‑Commissie, het SDG‑Platform en alle andere stakeholders voor hun bijdrage.
