Politicus Romano Meriba heeft tegenover Suriname Herald verklaard dat hij onlangs benaderd werd door sociaal werker Gloria Bottse met een dringend verzoek om hulp te bieden aan een gezin in een schrijnende leefsituatie. Het betreft een gezin met acht kinderen, van wie meerdere een verstandelijke beperking hebben. Meriba, die coördinator is van de buurt Pontbuiten, is direct in actie gekomen.
Inmiddels zijn er bedden, kleding en voedsel aan het gezin gedoneerd, maar er wordt nog gezocht naar een permanente en veilige slaapplek voor de kinderen. Volgens Meriba wordt er deze week gewerkt aan een tijdelijke opvangmogelijkheid voor de kinderen.
Vanuit de NDP zijn daarnaast pogingen ondernomen om geschikte personen en instanties te benaderen voor verdere ondersteuning. Meriba spreekt zijn waardering uit voor de inzet van Bottse: “Gloria verdient een extra ‘big up’ voor haar inzet. Ze vecht voor deze kinderen, en dat verdient respect.”
De politicus deelde ook een persoonlijke noot: hij heeft zelf in een opvangtehuis gewoond en weet dus uit eigen ervaring hoe het is om op te groeien in kwetsbare omstandigheden. Dat maakt zijn betrokkenheid bij deze situatie des te groter.
Meriba pleit voor structurele oplossingen en wil zich inzetten voor de oprichting van een crisisopvang in Suriname. “Dit is een proces dat goed beleid vereist, gebaseerd op de noden van de samenleving,” aldus Meriba. “Ik doe mijn best zodra er een beroep op mij wordt gedaan. We moeten samen met alle betrokken actoren kijken hoe we het beste kunnen inspelen op dit soort crisissituaties.”
Hij benadrukt dat hij geen loze beloften doet, maar zich volledig zal inzetten waar nodig. Meriba sprak ook zijn vertrouwen uit in de nieuwe regering en in president Jennifer Geerlings-Simons, over wie hij zei: “Zij is een daadkrachtige vrouw die zich aan haar woord houdt.”
In haar recente toespraak maakte de president duidelijk dat het kind centraal moet staan in het beleid. “Geen enkel kind zou met honger naar bed mogen gaan,” aldus Geerlings-Simons.
Ook de nieuwe minister van Sociale Zaken en Volkshuisvesting, Diana Pokie, is inmiddels op de hoogte van de situatie. Zij liet weten diep geraakt te zijn en gaf aan serieus werk te willen maken van de verbetering van de jeugdzorg.
Volgens Pokie is het van belang om goed inzicht te krijgen in de bestaande procedures, zodat kinderen in noodsituaties snel geholpen kunnen worden. Ze onderzoekt momenteel of er een speciaal noodfonds opgezet kan worden om sneller in te grijpen in acute gevallen.
“Het lijkt soms alsof we moeten toveren,” zei de minister, “maar we moeten het samen doen.” Ze benadrukte dat samenwerking met particuliere partijen essentieel is, vooral wanneer de overheid niet onmiddellijk kan optreden.
