Voor aanvang van de wekelijkse vergadering van de Raad van Ministers (RvM) gaf minister Dirk Currie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) aan dat het tekort aan leerkrachten nog steeds een aanzienlijke uitdaging vormt voor het onderwijsveld. Dit probleem doet zich niet alleen in de stad voor, maar is ook nijpend in het binnenland.
De bewindsman ontving recent een brief van studenten die worden opgeleid tot leerkracht. Hij heeft inmiddels om een gesprek gevraagd om de zorgen van deze groep aan te horen. “Er zijn knelpunten die moeten worden aangepakt. We zien genoeg studenten die bewust en met passie voor het onderwijs kiezen, en zij verdienen ondersteuning vanuit het ministerie,” aldus Currie. Hij benadrukte dat open communicatie daarbij essentieel is.
Hoewel het ministerie hard werkt aan oplossingen, zal het tekort aan leerkrachten niet voor 1 oktober zijn opgelost.
Ook het beroepsonderwijs staat voor grote uitdagingen. Het ministerie zal in oktober starten met een vervroegde opleiding voor toekomstige leraren. Toch betekent dit niet dat het probleem op korte termijn verholpen is. “Het duurt nog zeker twee jaar voordat deze groep is afgestudeerd en kan worden ingezet. Tot die tijd blijft het tekort een realiteit waar we mee moeten werken,” aldus de minister.
De gesprekken over overgangsnormen en herkansingsmogelijkheden zullen worden voortgezet. Volgens Currie is het belangrijk te erkennen dat niet alle onderwijsproblemen binnen één regeertermijn opgelost kunnen worden. Er wordt gekeken naar verschillende oplossingsmodellen en de minister geeft aan met zoveel mogelijk belanghebbenden in gesprek te gaan.
“Niet elke oplossing zal iedereen tevreden stellen, maar we moeten keuzes maken. Wat echter niet ter discussie staat, is de kwaliteit van het onderwijs. Daar mogen geen concessies aan worden gedaan,” stelde hij resoluut.
Minister Currie benadrukte dat hij werkt volgens het principe MPH: Meritocracy, Pragmatism & Honesty (meritocratie, pragmatisme en eerlijkheid). “We moeten toewerken naar een samenleving waarin we inzetten op hoogopgeleide burgers, resultaten boeken, en eerlijk en transparant handelen. We moeten afstappen van middelmatigheid; de focus moet liggen op excellentie,” besloot hij.