Voormalig minister van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB), Dinotha Vorswijk, heeft fel gereageerd op de beschuldigingen dat er onder haar leiding zou zijn gefraudeerd bij gronduitgiften. Volgens haar worden er “allerlei zaken geroepen zonder enig onderzoek te hebben gedaan.” Vorswijk benadrukt dat het ministerie sinds haar aantreden in het kabinet-Santokhi juist heeft gewerkt aan het verbeteren van werkprocessen.
“Onder mijn leiding heeft het ministerie aan twee van de vier essentiële punten voldaan, iets wat eerder nooit is gebeurd,” stelt ze. In 2024 ontving het ministerie een conceptrapport van de Rekenkamer, die een rechtmatigheidsonderzoek had uitgevoerd naar de uitgifte van percelen voor bebouwing, bewoning en landbouw.
Volgens de bevindingen van de Rekenkamer werden onder meer vrije domeinen niet openbaar gemaakt en nieuwe aanvragen niet gepubliceerd in het Advertentieblad van de Republiek Suriname. Ook bleken sommige dossiers onvolledige documentatie te bevatten.
Vorswijk zegt dat zij het definitieve rapport nog niet heeft ontvangen. Het ministerie had volgens haar al gereageerd op het conceptrapport, maar ontving geen terugkoppeling van de Rekenkamer.
Ze wijst er bovendien op dat de Rekenkamer in 2018 al een soortgelijk onderzoek uitvoerde. “De bevindingen toen waren veel ernstiger, maar destijds reageerde noch de politiek, noch de samenleving,” aldus Vorswijk in een gesprek met Radio ABC.
De oud-minister stelt dat zij concrete verbeteringen heeft doorgevoerd, maar benadrukt dat de problemen bij GBB alleen kunnen worden opgelost als er meer wordt geïnvesteerd in het ministerie. “Zolang dat niet gebeurt, zullen er altijd klachten blijven komen,” zegt ze.
Vorswijk geeft aan de vergadering van het parlement af te wachten, waar zij naar eigen zeggen ook vragen zal stellen over het verslag van de Rekenkamer.

